Beste Witold Gombrowicz
Door Nadia Sels, op Fri Aug 02 2019 21:00:00 GMT+0000Elke vrijdag pent een van onze vijf vaste online correspondenten een brief. Deze week roept Nadia Sels het boegbeeld van de Poolse literatuur aan om de opstoot van homohaat in zijn land te counteren. Vanwaar die allergie tegen een meervoudige identiteit? En vooral: hoe daartegen reageren?
‘De mens is ten diepste afhankelijk van zijn weerspiegeling in de ziel van de ander, ook al is het de ziel van een idioot. Hier keer ik me faliekant tegen de opvatting van mijn collega's van de pen die tegenover de opinie der botteriken een aristocratische en hautaine houding aannemen en verkondigen dat 'odi profanum vulgus' … Ik beweer daarentegen: hoe dommer en bekrompener een opinie is, des te meer is ze voor ons van belang en raakt ze ons, net zoals een nauwe schoen zich duidelijker doet gevoelen dan een die ons als gegoten zit.’
Identiteit heeft niet te maken met een innerlijke kern of essentie, maar is daarentegen ‘interpersoonlijk’.
Zo staat het er in Paul Beers’ vertaling van jouw fabuleuze roman Ferdydurke uit 1937, een absurdistisch meesterwerk waarin Jozio, een volwassen man, met een zowel hilarisch als nachtmerrieachtig gemak door de schoolfrik Pimko weer tot kind wordt herleid. Letterlijk: zodra Pimko hem aan zijn oor meesleurt naar het klaslokaal, kan hij niet anders dan in die rol vervallen. Elk verzet, elke poging om te bewijzen dat hij volwassen is, doet hem immers alleen maar jongensachtiger lijken, bevestigt de rol waarin de duivelse Pimko hem heeft gevangen.
En zo gaat het steeds in je verhalen. Identiteit heeft niet te maken met een innerlijke kern of essentie, maar is daarentegen ‘interpersoonlijk’, steeds bepaald door de vaak infernale logica van je interactie met anderen. Hoe dwaas, hoe van de pot gerukt de blik of de opinie van die anderen ook is, ze bepaalt je, omdat je je er nu eenmaal tegenover moet verhouden.
Ik moest aan jou denken, Witold, bij het lezen van de krantenberichten uit uw geboorteland Polen, waar een bijzonder onsmakelijke golf van homofobie heel wat stof heeft doen opwaaien.
Na een uitbarsting van geweld tegen de deelnemers aan een mars voor LGBT-rechten in de stad Bailystok gooide het weekblad Gazeta Polska, dat nauw aanleunt bij de nationaal-conservatieve regeringspartij Recht en Rechtvaardigheid (PiS), olie op het vuur door anti-LGBT stickers weg te geven bij de krant. ‘LGBT-vrije zone’, stond er oorspronkelijk op – wat ondertussen na tussenkomst van een rechter veranderd werd in ‘Zone vrij van LGBT- ideologie’.
Ondertussen toeteren PiS-leden luid en duidelijk in de media dat Polen ‘vrij moet zijn van de homo-, trans- en bi-ideologie’ en andere ‘pathologieën’ die ‘onze identiteit en onze natie werkelijk bedreigen’. ‘Weg met de extreme haat van seksueel zieke mensen,’ klinkt het.
Snel kwam er ook een krachtige tegenreactie: onder de Twitter-hashtag #jestemLGBT (#ikbenLGBT) outten de afgelopen dagen talloze Polen zich als lesbisch, homo, transgender of biseksueel.
Hoe komt een significant deel van de Poolse bevolking tot de vaste overtuiging dat homoseksualiteit en transgender-zijn hun identiteit bedreigt?
Ik vraag me af wat jij ervan zou zeggen, Witold. Zelf ben je in 1939 naar Argentinië gevlucht voor de opkomst van het nazisme. In je intieme dagboeken zou je daar je vele erotische ontmoetingen in de kantlijn aanduiden met de woorden ‘chica’ of ‘chico’. Maar dat ik aan je moest denken, heeft veel meer te maken met het feit dat het absurde spel van identiteiten dat zich hier ontplooit, aan precies dezelfde groteske wetten lijkt te gehoorzamen als de interactie tussen de personages in jouw romans.
Hoe komt een significant deel van de Poolse bevolking tot de vaste overtuiging dat homoseksualiteit en transgender-zijn van hun landgenoten een bedreiging van hun identiteit vormt? Jij zou, beeld ik me in, op die vraag wellicht iets antwoorden in de trant van: ‘Het is omgekeerd. De veronderstelde bedreiging staat hen juist toe zich een illusie van een identiteit te vormen. ‘Ik zou een echte Pool kunnen zijn, als…’ ‘
Het droombeeld van een vaste, authentieke identiteit is immers moeilijk waar te maken – en dat geldt in deze tijd van acceleratie en globalisering meer dan ooit. Het denkbeeld van een eenvoudig duidbare ander die die onproblematische, monolithische identiteit in de weg zou staan, is de beste manier om niet onder ogen te moeten komen dat ze ook als dusdanig problematisch, verdeeld, onstabiel is.
Er gebeurt evengoed iets Gombrowicziaans met progressief Europa.
Aan de andere kant van het verhaal gebeurt evengoed iets Gombrowicziaans met progressief Europa – Gayropa, zoals de rechts-conservatieve retoriek het wil. Wij staan er immers bij en kijken ernaar, gevangen in een dilemma: krachtig afkeurend reageren bevestigt immers het clichébeeld van een dominant West-Europa dat agressief zijn verdorven waarden opdringt aan een verdrukt, conservatief Polen.
Maar niet reageren is, zoals gewezen Staatsecretaris voor Gelijke Kansen Bruno De Lille in een opiniestuk in De Standaard ook stelde, nog veel erger. Of, vertaald naar jouw terminologie, Witold: West-Europa heeft onvermijdelijk de ‘smoel’ van de agressieve morele indringer. Daar ontsnappen we niet aan, het zij zo.
En dan is er tenslotte de reactie in Polen zelf, het verzet op Twitter, de #jestemLGBT. Op zich is de taboedoorbrekende kracht ervan natuurlijk prachtig – vooral omdat je de hashtag evengoed kan gebruiken als hetero. Toch stel ik me voor dat de noodzaak voor iets dergelijks je ook ergens wrevelig zou stemmen, afkerig als je was van elke verplichting tot het aannemen van een duidelijke identiteit. ‘Alsof je in duizend bekrompen hoofden geboren werd!’, kreun je in Ferdydurke als je de kwelling beschrijft om voor de ander in een vast beeld te passen.
Jouw land en mijn land hebben iets gemeen: een talent voor absurdisme, juist wantrouwen voor grote zekerheden.
Die slag halen de aanstokers van de homofobe hetze onvermijdelijk thuis: het noopt mensen immers zich essentialistisch te identificeren met hun seksuele praktijken, er een bepalend gewicht aan vast te hangen – en in die zin slagen ze er wel degelijk in om met hun stickers scherp afgelijnde ‘zones’ te creëren die al dan niet LGBT zijn.
De vrijheid die jij in Argentinië voelde om je chicos en chicas als vrijblijvende kanttekeningen naast je levensverhaal te plaatsen, is in Polen vandaag nog steeds een verre droom.
Hoe zou jij vandaag met dat alles omgaan, Witold? Ik vraag het me af. Ik weet vooral dat ik je graag even op het podium wilde duwen als een onverwachtse ambassadeur van die fameuze ‘Poolse identiteit’, als nationaal erfstuk.
Want jouw land en mijn land hebben iets gemeen: het zijn allebei naties die doorheen de geschiedenis meer dan eens onder de voet zijn gelopen, geprangd als ze waren tussen grotere buren. Als gevolg daarvan is juist een talent voor absurdisme, juist wantrouwen voor grote zekerheden een deel van ons nationaal erfgoed. Met al die barbaren binnen de poorten, een schat om nauwlettend te bewaken.
Genegen groet,
Nadia Sels