Dag ding met veren

Door Nele Buyst, op Thu Dec 01 2022 23:00:00 GMT+0000

Nele Buyst schrijft een brief aan de rouw, het ding met veren. Onderweg wordt ze vergezeld door een melodie, fladderende mezen en een Perzisch gedicht. Of hoe de grondtoon van een baslijn aan vliegen denken doet.

Ik weet hoe je voor mij klinkt en beluister je opnieuw: Dave Hollands Conference of the Birds. Het nummer vergezelde me dit jaar in al mijn playlists, ik zocht het al tientallen keren op. Het is een eigenzinnige reflex: opnieuw en opnieuw een nummer afspelen dat gebukt gaat onder associaties die snijden. Het moet een reden hebben want het heeft ook een andere uitwerking dan pijn. Voor het eerst dit jaar, ingegeven door het springerige feest van mezen rond de voederbak aan het keukenraam, zoek ik op waar de poëtische titel van mijn soundtrack vandaan komt.

Hallo Wikipedia, oude vriend.

The conference of the birds, of Mantiq al-Tayr is een Perzisch gedicht (met Arabische titel) uit de 12de eeuw, geschreven door Farid ud-Din Attar, één van de bekendste klassieke soefi-dichters. Mantiq al-Tayr is zijn meesterwerk, een metaforisch relaas van de verschillende stadia van het spirituele pad van het soefisme.

De muziek, poëzie, mezen zijn de volle uitvoering van een partituur die verdriet geleidt en in energie transformeert.

Het verhaal gaat als volgt: alle vogels van de wereld komen samen om te bespreken wie ze als hun koning moeten aanduiden. Het is een moeilijk proces tot de Hoopoe, de meest wijze vogel van allen, het woord neemt en voorstelt op zoek te gaan naar de mystieke vogel Simorgh, in een land ver weg. Ze moeten hem gaan zoeken om hun ware koning te vinden. De Hoopoe waarschuwt: de weg ernaartoe zal moeilijk zijn en ligt vol obstakels. Niet iedereen zal het halen, maar voor wie het wel haalt, belooft de reis de moeite waard te zijn want aan het einde ervan ontmoeten ze hun nieuwe koning.

Daarop verzinnen vele vogels excuses waarom ze niet op deze reis kunnen vertrekken. De ene kan onmogelijk zijn bezittingen achterlaten, een andere houdt vast aan zijn reputatie. Wanneer de vogels hun argumenten aan de Hoopoe voorleggen, wijst hij hen erop dat ze misleid worden door het ego. Uiteindelijk weet hij een groot aantal van de vogels te overtuigen op zoek te gaan naar de Simorgh. Het blijkt zoals voorspeld een gevaarlijke en moeilijke onderneming die de vogels door zeven valleien leidt.

Dat wat de vogels als hun ‘zelf’ beschouwden, was slechts een vluchtige fantasie, het individu lost op, en enkel het goddelijke blijft over.

Elke vallei heeft zijn eigen beproeving: de eerste vallei is die van de zoektocht die de vogels confronteert met het leven zoals ze het kennen en de overtuigingen die ze vasthielden, ze gaat over in de vallei van de liefde, waar alle rede aan de kant wordt geschoven. In de volgende vallei worden alle vormen van wereldse kennis waardeloos. In de vallei van de onthechting verdwijnt elke vorm van hechting aan aardse dingen, en komen de vogels in een nieuwe vorm van bewustzijn terecht die hen naar de volgende vallei leidt: die van de eenheid. De voorlaatste vallei is die van de verbijstering: plots overvallen gevoelens van onzekerheid, worden alle aannames in twijfel getrokken. De laatste vallei is die van armoede en vernietiging, waarbij het zelf geheel en al overgaat in God. Dat wat de vogels als hun ‘zelf’ beschouwden, was slechts een vluchtige fantasie, het individu lost op, en enkel het goddelijke blijft over.

Van de honderden vogels die op de reis vertrokken, bereiken er dertig vermoeid en toegewijd hun bestemming. Ze willen nu dolgraag hun koning ontmoeten. Bij aankomst komt een wachter hen tegemoet, die bevestigt dat ze nu inderdaad de Simorgh zullen leren kennen. Hij leidt hen naar een poort waarachter het antwoord op al hun verlangens ligt. Wanneer hij het slot opent, staren ze in een reflectie van zichzelf. Er is geen majestueuze goddelijke vogel. De wachter vertelt hen dat zij zelf de Simorgh belichamen. Het doel van hun reis was geen goddelijke oppervogel, maar de kern van hun eigen wezen.

Then, as they listened to the Simorgh’s words,
A trembling dissolution filled the birds –
The substance of their being was undone,
And they were lost like shade before the sun;
Neither the pilgrims nor their guide remained.
The Simorg ceased to speak, and silence reigned.

Wat hebben de religieus-poëtische fabel, de baslijn van Hollands avant-gardistische jazzmelodie en het gefladder van de mezen gemeen?

In de melodie van Holland, in de poëzie van Attar en in het gefladder van de mezen wrijven melancholie en schoonheid tegen elkaar tot er een vonk ontstaat waaruit levenslust opveert.

Eerder deze week doolde ik in een andere straat op het internet waar ik een mailconversatie las tussen zangeres Björk en filosoof Timothy Morton uit 2015. In een associatieve conversatie beargumenteren ze hoe denken moet kunnen lachen en huilen. Daar ligt het gebied waarop kunst werkt. Het ongrijpbare ding dat schoonheid heet, raakt je in een zenuw waar gedachten niet aan kunnen. Dat leidt tot een ander begrip van waarheid, truthfeel noemt Morton het, een bewustzijn van verbinding met de dingen rondom.

Earth needs this tenderness – I think there is some kind of fusion between tenderness and sadness, joy, yearning, longing, horror (tricky one), laughter, melancholy and weirdness. This fusion is the feeling of ecological awareness.

Our mission maybe is to allow people to feel this and think this with full crystal clarity, not departing from reason for one second, yet allowing the inner space to sparkle madly. Nor succumbing to someone else’s old bad belief but allowing things to be magic, rather than totally inert. (T. Morton)

In de melodie van Holland, in de poëzie van Attar en in het gefladder van de mezen wrijven melancholie en schoonheid tegen elkaar tot er een vonk ontstaat waaruit levenslust opveert, de wereld zich laat voelen. De muziek, poëzie, mezen zijn de volle uitvoering van een partituur die verdriet geleidt en in energie transformeert. Ze zorgen ervoor dat die emoties niet enkel binnen in mij bestaan, maar bevrijden ze, door ze die tastbare vorm, melodie, taal te geven. Zo overstijgt het gefladder van de mezen de metafoor, wordt het één en al zichzelf, en is dat genoeg om mij te veranderen.

Omdat de ervaring de beleving verdiept, draagt het verdriet ergens ook zijn tegendeel in zich.

Het kan pijn doen, verdriet om gewoontes die gedwongen moeten worden aangepast, om plaatsen waarvan je afscheid moet nemen, om mensen die verdwijnen, maar het is niet zinloos. Omdat de ervaring de beleving verdiept, draagt het verdriet ergens ook zijn tegendeel in zich, scheidt het ballast van essentie en maakt het je ontvankelijk voor wat belangrijk is. De mezen en de muziek mogen met mij doen wat Morton suggereert: Carving out new hope spaces. Sadness, longing, hope, susceptibility, laughter. Good ecological recipes.

Ik gok, of hé, geloof, dat er wellicht weinig verschil bestaat tussen wat de vogels in de 12de eeuwse Perzische fabel zien wanneer ze worden geconfronteerd worden met de goddelijke Simorgh, de kern van hun bestaan, en wat er met mij gebeurt wanneer ik mijn verdriet dankzij de baslijn opnieuw binnenstebuiten zie draaien in vrolijk fladderende mezen.