Dobberen tussen leven en dood
Door Orlando Verde, op Tue Jan 15 2019 23:00:00 GMT+0000Wat als je tijdens je zeilvakantie op ronddobberende vluchtelingen botst? Wolfgang Fischers migratiedrama Styx verbeeldt hét ethische dilemma van onze tijd.
Rieke (Susanne Wolff) is een Duitse spoedarts. Mensenlevens redden is wat ze dagelijks doet, maar nu is ze met verlof. Vanuit Gibraltar vertrekt de sterke, onafhankelijke vrouw alleen op zeiltocht naar het eiland Ascension, halverwege tussen Brazilië en Angola. Die bestemming bereikt ze niet: op een 600-tal kilometer van de kust van Mauritanië komt Rieke een dobberende vissersboot vol vluchtelingen tegen.
Vanaf de eerste sfeervolle minuten waarin een troep apen door de verlaten straten van Gibraltar dwaalt, waart de geest van Charles Darwin door Wolfgang Fischers migratiefilm. Riekes jacht is genoemd naar een 19de-eeuwse plantkundige en vriend van de auteur van de evolutietheorie, en op het vulkanische eiland Ascension bevindt zich een kunstmatig oerwoud ontworpen door Darwin en een andere botanicus, met planten uit de hele wereld die vreedzaam co-existeren.
De zelfredzaamheid van Rieke neigt naar een survival of the fittest-idee van de wereld en het botanische experiment van Ascension dient als metafoor voor de multiculturele samenleving. Maar onderweg naar die naïeve utopie van moeiteloze harmonie wordt Rieke dus wakker geschud door een bikkelharde realiteit die een onmiddellijk antwoord vereist.
Het privilege van de Europese vlag
Regisseur Wolfgang Fischer vertelt welhaast woordeloos wat de kijker moet weten. In het in documentairestijl geschoten eerste derde van de film zien we hoe klein de hoofdfiguur lijkt tegenover haar veeleisende boottocht, maar eens de ontmoeting met de verongelukte vissersboot plaatsvindt, belichaamt Rieke hoe klein Europa denkt te staan tegenover globale migratie.
Riekes reis blijft het berekende avontuur van een toerist. Met haar radio, en het privilege van onder Europese vlag te varen, kan ze in nood eenvoudigweg de kustwacht inschakelen. Reddingsacties blijken echter net iets minder efficiënt wanneer ze hulp vraagt voor een zinkend schip vol Afrikaanse migranten. Haar wordt aangeraden om afstand te houden omdat haar nabijheid de wanhopige migranten in het water doet springen en ze kan hen onmogelijk allemaal redden. Enkel een van hen, een kind, wordt door haar halfdood uit het water gehaald.
De vragen wie we zijn, wie we willen zijn en wie we (zouden) moeten zijn, stonden volgens Fischer altijd centraal. Onder normale omstandigheden zou zijn drama ons doen stilstaan bij onze rol in een globale crisis, maar het door politieke propaganda verziekte migratiedebat slaat gaten in de romp van Fischers boodschap. Het idee dat er legitieme vluchtelingen zijn een gelukzoekers, het onderscheid tussen de deserving en de undeserving en de ondertussen ingeburgerde culturele angsten kunnen een soort spijtvolle apathie rechtvaardigen.

Europees perspectief
Bootvluchtelingen zijn geen uitzondering in de recente, Europese filmproductie. Vooral documentaires volgen het fenomeen van de recente migratie naar het oude continent. Gianfranco Rosi won met Fuocoammare de Gouden Beer op de Berlinale van 2016. Maar ook No Man Is an Island, 69 minutes of 86 days, Stranger in Paradise, Those Who Feel the Fire Burning en Ai Weiwei’s Human Flow proberen inzichten te geven over vluchtelingen en hoe we naar hen kijken.
Ook in fictie werd het onderwerp al behandeld. Emanuele Crialese’s vlakbij Lampedusa gedraaide drama Terraferma zette in 2011 het spanningsveld tussen de wet, het bestuur en de gedragscodes van de zee in de verf. Vrij vertaald: tussen de wet, de politiek en de meest elementaire morele principes.
Net zoals in Terraferma ontstaat in Styx een conflict tussen de institutionele weerstand om hulp te bieden en de waarden die de Westerse wereld verdedigt, en net zoals Terraferma blijft Styx bij het Europese perspectief. Fischer is vooral geïnteresseerd in de morele dilemma’s van de (autochtone) Europeaan. De vluchteling is een lijdend voorwerp. Daarom identificeert de kijker zich niet met hem, maar met de vrouw. Styx is een eurocentrisch product.
Styx is een portret van hoe Europa naar zichzelf kijkt: als een eiland van nuchterheid in een zee van wanhoop.
In een gesprek met de internationale radiozender Deutsche Welle geeft Fischer aan dat zijn film een oproep is tot empathie met bootvluchtelingen, maar doordat Styx zich beperkt tot het Europese perspectief, roept de film enkel empathie op voor de morele dilemma’s van de Europeaan. Styx is een portret van hoe Europa naar zichzelf kijkt: als the fittest, als een eiland van nuchterheid in een zee van wanhoop, als een heldin met legitieme twijfels. Als de redder van het in elkaar gezakte lichaam van een Afrikaans jongetje.
Het kan ook anders. Films zoals The Invader van Nicolas Provost of Mediterranea van Jonas Carpignano tonen wél het perspectief van de migrant. In het geval van The Invader gaat het over een ontspoorde antiheld. In Mediterranea blijven de morele standaarden van het hoofdpersonage dichter bij de nuance. Maar de centrale personages in beide films zijn in ieder geval geen sukkelaars: ze hebben een wil, ze nemen beslissingen, ze bepalen hun eigen toekomst. Daarom leven we met hen mee.
De passiviteit van de ander in Styx zou te maken hebben met de gescheiden werelden waarin wij ons bevinden, en Fischer bedient zich vooral van mythologie om dat aspect van het verhaal te illustreren.
Tussen schuldig verzuim en schuldgevoel
Styx is in de Griekse mythologie de naam van de rivier die onze wereld scheidt van de Hades, het dodenrijk. Charon – de veerman – eist een tol van de doden om hun passage naar de onderwereld te verzekeren, anders blijven ze eeuwig rondzwerven aan de oever. Fischer ziet dat als een allegorie voor de parallelle realiteiten waarin we ons bevinden: ‘der Welt der Mensche auf der Flucht und unserer Welt’.
De mythologische overtocht is wel in de tegengestelde richting. Op deze omgekeerde reis aarzelt Rieke om de rol van Charon op zich te nemen, waardoor de vluchtelingen blijven drijven in een limbo tussen leven en dood, en zij blijft dobberen tussen schuldig verzuim en schuldgevoel.
Het Europese antwoord op het migratievraagstuk is bipolair.
Het Europese antwoord op het migratievraagstuk is bipolair. Enerzijds ontstaan er grote golven van solidariteit met zowel individuele acties als grootschalige interventies door internationale organisaties. Anderzijds neemt de penalisering van hulpverlening toe. Europa verrechtst in sneltempo en daar gaat een toename van vijandigheid tegenover migranten mee gepaard.
Op politiek vlak wordt met argwaan gekeken naar globale initiatieven die een gecoördineerde aanpak stimuleren (zoals het ‘migratiepact’), maar de voorstellen van zij die zich verzetten – zoals de strengere bewaking van de grenzen – lijken onrealistisch. De open grenzen-hyperbool waarbij Europa (neen, België!) het OCMW van de wereld moet zijn, laat de migratiekwestie overdreven proporties aannemen in de collectieve verbeelding terwijl de concrete uitdagingen met een gecoördineerde samenwerking in feite beheersbaar zijn.
Het is alsof we het probleem niet willen oplossen op structureel niveau, maar de verantwoordelijkheid willen doorschuiven naar de burger. Styx laat net zien dat die het als individu onmogelijk kan oplossen.

De kijker aan het roer
Filmvakblad Variety vat Styx samen als ‘een tollend moreel kompas’ en dat is een accurate metafoor voor wat Europa vandaag meemaakt: de doden op de Middellandse Zee, de doden in de woestijn, de criminalisering van solidariteit en de ontsporingen die gepaard gaan met het uitbesteden van de verantwoordelijkheid om migranten tegen te houden.
Vanop een veilige afstand worden we niet geconfronteerd met de concrete beleidsbeslissingen. We laten ze over aan vertegenwoordigers die onder druk van het Europese electoraat de reddingsmissies en het ontraden van migratie toevertrouwen aan bufferlanden zoals Turkije en Libië. Styx slaagt erin om de kijker anderhalf uur lang opnieuw aan het roer te plaatsen. Op zich is dat al bewonderenswaardig.