Glosse
Door J.Z. Herrenberg, op Fri Sep 01 2023 02:45:00 GMT+0000In haar honderdste nummer activeert rekto:verso een archief van twintig jaar kunstkritiek. Welke plaats kan literatuur innemen in het leven? J.Z. Herrenberg reageert met een bondige glosse op één pagina uit Hans Vandevoordes essay 'De waarde van literatuur' uit rekto:verso nr. 60, 2014.
'Lezen is immers steeds het gevolg van een list. De schrijver neemt je, als hij uitgeslapen is, van meet af aan bij de lurven en trekt je zijn verhaal binnen.'
Wees de lezer voor, zoveel mogelijk voor, bereken je zetten, je stappen. Vooronderstel aanwezigheid. De schrijver die iets moet beschrijven, heeft het beschrevene niet, alleen maar woorden. Schrijf leven, en val met de deur in huis! Start in medias res, de wet van het epos, vader van de roman. Een mens wordt zo geboren, in medias res, een wereld in geworpen die hij heeft te slikken, geenszins van zijn vinding dus, en vaak zeer afwijkend van zoals hij haar zou willen hebben. Maak zo je literatuur, zorg ervoor dat ze niet geloochend kan worden, omdat ze er arrogant is, net zoals de wereld, en geef de lezer het gevoel dat ze het gemakkelijk zonder hem zou kunnen stellen, bezorg de lezer een epistemologisch minderwaardigheidscomplex, zij moet zich dan aanpassen en doet dat des te gewilliger, naarmate die woordenwereld waarin zij verzeild is geraakt autonomer lijkt, een fascinerende eigen wetmatigheid lijkt te bezitten … Lijkt, zeg ik. Schijnt, inderdaad, want natuurlijk weet die wereld van de bezoekers in haar domein – ze is slim, registreert hen, reageert op die bezoekers om hen te laten reageren, er is een bloeiende interactie die heimelijk eenzijdig is, aan slechts één kant spiegelt … Zo lopen we door het leven, ramen kaatsen ons eenzame beeld terug, zelfs als we denken diep in de absolute waarheid door te dringen, in het achterliggende, in de schering van het wereldweefsel … Oplossing: rijt het uiteen, keil een steen, vergruzel je gelaat en kijk, kijk, kijk …
Schepper is het oudste beroep van de wereld.

Hans Vandevoorde, 'De waarde van literatuur', nr. 60, p. 35.
Bekijk deze recto en verso, en andere archiefstukken en reacties uit het honderdste nummer ook hier.