Nieuwe verhalen

Door Imara Limon, Hajar Ibnouthen, Saddie Choua, Mohamed Barrie, op Tue May 01 2018 13:00:00 GMT+0000

Rekto:verso stelde vier stemmen dezelfde vraag: ‘Welk boeiend nieuwstedelijk cultureel initiatief in België of Nederland verdient meer aandacht bij de witte kunstensector, omdat het misschien wel vooruitwijst naar een andere toekomst voor de kunsten?’

RIGHTABOUTNOW INC: een huis als een kring

(Hajar Ibnouthen)

Op het podium treden zeven performers aan met verschillende intersecties van leeftijd, etniciteit, gender en disciplines. Allemaal stellen ze zich voor als Nina Simone. Met die meervoudige identiteit vertolken ze vervolgens, in een waaier aan scènes, het leven en werk van de legendarische zangeres: niet voor één gat te vangen en toch samen aan één zeel. Nina Simone (A)live zegt alles over het huis zelf waar deze voorstelling werd gemaakt…

Theatermakers Marjorie Boston en Maarten van Hinte hebben RIGHTABOUTNOW INC. in 2013 opgericht als een multidisciplinair kunstencentrum in IJburg, een woonwijk in Oost-Amsterdam met een jonge populatie. Zij willen er de stedelijke realiteit showcasen via de creatie van allerhande voorstellingen en projecten. Verder coachen ze opkomende kunstenaars uit verschillende artistieke opleidingen, academies en straatculturen.

Dat betekent dat RIGHTABOUTNOW INC. niet enkel binnen de theatercultuur werkt, maar ook met subculturen zoals hiphop, clubcultuur, house, hedendaagse kunst en dans.

Boeiend is de ‘Cypher Method’ van het centrum. In hiphop is de cypher een kring waar mensen instappen om te dansen: een soort van basiseenheid waarin iedereen als gelijkwaardig wordt beschouwd en rechtstreeks met elkaar in interactie gaat. Van dat idee heeft RIGHTABOUTNOW INC. zijn centrale missie gemaakt, voor vernieuwing, inclusiviteit en sociale ontwikkeling.

Zo laat de Cypher Method de stichting toe om in contact te komen met mensen met diverse achtergronden en uit verschillende disciplines: niet alleen met acteurs en theatermakers, maar ook met muzikanten, computerprogrammeurs en schilders. Bij RIGHTABOUTNOW INC. vertrek je vanuit wat en wie je bent. Je stapt in de kring en presenteert jezelf. Die gelijkwaardigheid, zo toonde ook al Nina Simone (A)live, is de kern van het proces.

Breken tal van kunstorganisaties zich het hoofd over hoe ze mensen met een migratieachtergrond kunnen betrekken, ‘omdat we ze nu niet bereiken’? Vaak heeft men het dan over financiële, sociale, psychologische, culturele en informatieve drempels.

Met zijn Cypher-filosofie heeft RIGHTABOUTNOW INC. een bijzonder inzicht ontwikkeld in die participatie-kwestie.

En natuurlijk moeten al die drempels worden weggewerkt, maar bij de sociale, psychologische en culturele horen enkele extra bedenkingen. Enkel aan de hand van die drempels nadenken over cultuurparticipatie (‘het zit niet in hun cultuur’, ‘ze mogen niet van thuis’, …) veronderstelt algauw eenrichtingsverkeer. In dat denkkader beseft een wit kunstenhuis vaak niet dat zijn eigen structuur en missie ook inhoudelijke en mentale drempels met zich meebrengen.

Met zijn Cypher-filosofie heeft RIGHTABOUTNOW INC. een bijzonder inzicht ontwikkeld in die participatiekwestie. Zoals Maarten van Hinte het me ooit zei in een interview, ‘moet je eerst bekennen dat cultuur sowieso niet inclusief is. Dat betekent dat je moet erkennen dat wat er op straat gebeurt, evengoed jouw cultuur is als wat jij koestert in het theater.

Pas dan kan je anders gaan praten. Pas dan is de persoon die je van daar binnenbrengt gelijkwaardig aan de persoon die hier iets doet. Anders blijf je jezelf vergeefs afvragen hoe mensen kunnen “meedoen aan cultuur”, alsof zij zelf nog geen culturele wezens zijn: “hier in huis is waar cultuur gebeurt en daar op straat niet”. Daar ben ik het fundamenteel niet mee eens.’

RIGHTABOUTNOW INC. toont dat het ook anders kan. Zijn ‘Inc’ is die van ‘Inclusive’, door de gedeelde ruimte die elke stad biedt aan mensen die allemaal anders door het leven gaan, radicaal door te trekken naar de scène zelf.

System_D: voorbij diversiteit 101

(Mohamed Barrie)

In mijn observatie van de cultuursector is de focus op diversiteit vaak gericht op ‘andersheid binnenhalen’. Als we iets te zien krijgen van een niet-witte maker, moet het ‘diversiteit 101’ zijn: de witte bezoeker moet het kunnen begrijpen. Het moet de dorst lessen van wat Tunde Adefioye de ‘witte zee’ noemt. Anders is het geen kunst of niet ‘speciaal’.

Zitten witte cultuurhuizen wel echt te wachten op jongeren met andere roots die het oude uitdagen?

Paternalistisch of moraliserend gedrag verklaart waarom Belgische jongeren met andere roots dé stad niet kunnen binnenbrengen in een witte culturele wereld. Het is een wereld die krampachtig vasthoudt aan ‘zoals het moet’. Zitten witte cultuurhuizen wel echt te wachten op jongeren met andere roots die het oude uitdagen? Of wil men liever enkel zichtbaar kleur in de zalen zonder het eigen denken of de structuren echt te veranderen? Of alleen verhalen van niet-witte mensen door en voor witte medeburgers?

Wie antwoorden zoekt, had op 21 december in Cinema Rix in Deurne moeten zijn. Daar keken driehonderd cultuurliefhebbers die de stad vertegenwoordigen naar verhalen die vanop het witte doek hun realiteit weerspiegelden. Ze zijn afgekomen op de Antwerpse versie van System_D: een oorspronkelijk Brussels filmfestival voor opkomend talent zonder filmopleiding. Iedereen kan er zijn eigen film, documentaire of clip voor insturen, zolang die zich maar afspeelt in de eigen stad. In die openheid zou zich wel eens een ander pad kunnen tonen, op weg naar ‘juiste’ diversiteit in de sector.

Hier voelt het kader immers oprecht: een kleine zaal propvol ouders, vrienden en trotse makers, allemaal mensen over wie je wel eens hoort: ‘we bereiken ze niet, we vinden ze niet’. Samen kijken ze naar de creaties van jongeren die na een heel traject hun realiteit hebben kunnen vastleggen en die nu delen met de wereld. Niet als ervaringsdeskundige, maar als kunstenaar.

In de zaal gonst het van geroezemoes. Nervositeit wedijvert met trots, want er vallen prijzen te winnen. De echte winnaars zijn nochtans al bekend: niet alleen deze jongeren die het lef toonden om hun creaties te verwezenlijken én te openbaren, of Fameus vzw die het concept System_D naar Antwerpen haalde, maar vooral onze cultuursector die deze jongeren en hun verhalen nu rijker is.

De jury kiest uiteindelijk voor Ramy M. Fouad. Hij wint coaching door het Centrum voor Beeldexpressie, voor zijn video bij de song ‘Cigar’ van Tamino: een bevreemdende trip van een wandelend geraamte door de Antwerpse binnenstad. De publieksprijs – 1000 euro voor een volgend project – gaat naar de aangrijpende kortfilm Een vluchteling, waarin Mohamed Sultan Ayada’a het concept ‘vluchteling’ even sterk vermenselijkt als problematiseert.

Wat op die avond plaatsvond, kan dat cruciale puzzelstukje zijn om verder te reiken dan diversiteit 101. Het ‘geheim’ van System_D: betrek middenveldorganisaties met al jaren ervaring in jeugdwerk, zoals JES, en stel een stuurgroep samen van een zo divers mogelijke groep van jongeren met expertise in de kunsten. Zij dienen dan als boodschappers bij hun achterban en doen ook de preselectie van de inzendingen voor het festival.

‘Maak van mij niet de kunstenaar van wie de witte kunstenwereld zou houden, maar de kunstenaar die ik ben.’

Uit een gesprek met twee leden van System_D onthou ik vooral dit: ‘Maak van mij niet de kunstenaar van wie de witte kunstenwereld zou houden, maar de kunstenaar die ik ben.’ Als de witte cultuursector het echt meent om de stad en haar diversiteit binnen te halen, raad ik aan om jongeren niet te assimileren, maar tijd, geld en ruimte te bieden.

Zonder met het paternalistische vingertje te zwaaien, mag je hier gerust verwachtingen en verantwoordelijk-heden tegenover plaatsen. Liefst zelfs, want zoals Paulo Freire het stelt in Pedagogy of the oppressed: autonomie en verantwoordelijkheid effenen het pad naar vrijheid.

The Black Archives: een ‘nieuwe’ geschiedenis

(Imara Limon)

Een haast onzichtbare geschiedenis opnieuw aan het licht brengen: dat doet The Black Archives in Amsterdam, een nieuw initiatief van New Urban Collective en Vereniging Ons Suriname. Het beheert en ontsluit zwart erfgoed, bestaande uit verschillende boekencollecties, archieven en artefacten die de nalatenschap vormen van zwarte schrijvers, wetenschappers en bewegingen.

De archieven bevinden zich in het pand van de Vereniging Ons Suriname aan de Zeeburgerdijk in Amsterdam Oost. De vereniging is de oudste zelforganisatie van migranten in Nederland: in 2019 bestaat ze honderd jaar. Sinds 2016 huist daar ook New Urban Collective, een organisatie voor en door studenten, jongeren en young professionals met cultureel diverse achtergronden, die hun sociaal-economische positie willen versterken van onderwijs tot arbeidsmarkt en mensenrechten. Beide organisaties voegden hun archiefcollecties samen, om ze toegankelijk te maken voor publiek.

Een van de bijzondere verhalen – te zien in Zwart & Revolutionair, de eerste tentoonstelling van The Black Archives – gaat over Hermina Huiswoud uit Brits-Guyana en Otto Huiswoud uit Suriname. Het koppel reisde vanaf de jaren 1920 de wereld over voor hun strijd tegen kolonialisme, racisme en economische ongelijkheid. Zo kwamen ze in New York terecht in de politieke kringen van het bruisende Harlem. Otto werd er de enige zwarte medeoprichter van de Amerikaanse Communistische Partij. Later in Amsterdam nodigden ze bij de Vereniging Ons Suriname zwarte intellectuelen uit van over de hele wereld en verzamelden ze relevante nieuwsberichten en literatuur.

The Black Archives geeft dit verhaal nu een plek in onze gedeelde geschiedenis, dankzij oude beelden, documenten en grafisch ontwerp. Hedendaagse kunstenaars Raul Balai, Brian Elstak, en Iris Kensmil maakten ook nieuw werk, geïnspireerd op Hermina en Otto. Een uitgebreid randprogramma van lezingen, bijeenkomsten, discussies, filmscreenings, rondleidingen en (inter)nationale sprekers als Gloria Wekker, Philomena Essed, Runoko Rashidi en Wendelien van Oldenborgh maakt verder ruimte voor kennisuitwisseling.

Als wij een inclusief (zelf)beeld nastreven, zijn deze unieke archieven en The Black Archives als grassroots organisatie een waardevol en cruciaal onderdeel van onze nationale geschiedenis.

Die gesprekken en aanvullende bronnen zijn hard nodig, want dit verhaal behoort (nog) niet tot het collectieve bewustzijn van Nederland. Het is voor veel bezoekers een eerste kennismaking met de geschiedenis van zwarte emancipatie in Nederland, en de reacties lopen uiteen van verbazing tot bewondering en inspiratie: ook in ons land blijkt de zwarte geschiedenis meer dan die van slavernij en onderdrukking.

Zeker voor een jonge generatie is dat van groot belang, omdat de beeldvorming van mensen met een donkere huidskleur nog steeds wordt beïnvloed door de koloniale geschiedenis. Toen The Black Archives afgelopen zomer een crowdfunding lanceerde om deze verborgen zwarte geschiedenis zichtbaar te maken, werd binnen drie dagen de beoogde 10.000 euro behaald, en een maand later zelfs verdubbeld. De steun van meer dan 750 donateurs toont de behoefte aan een dergelijk initiatief.

‘Nieuwe’ kennis biedt de tentoonstelling nochtans niet, of toch niet voor (oud-)leden van Vereniging Ons Suriname. Dit verhaal wordt alleen niet in alle kringen verteld en/of gehoord en maakt geen deel uit van het onderwijscurriculum. Als wij een inclusief (zelf)beeld nastreven, zijn deze unieke archieven en The Black Archives als grassroots organisatie een waardevol en cruciaal onderdeel van onze nationale geschiedenis.

Mijn revolutie

(Saddie Choua)

Beste rekto:verso, ik denk dat er veel verwarring is bij u. Ten eerste: hoe u me die vraag stelde. (1) ‘Welk boeiend nieuwstedelijk cultureel initiatief in België of Nederland verdient meer aandacht bij de witte kunstensector, omdat het misschien wel vooruitwijst naar een andere toekomst voor de kunsten?’

Eerst heb ik ze overwogen. ‘s Ochtends bij het ontwaken heb ik mij een aantal initiatieven voor de geest gehaald, ik ben wat langer in bed blijven liggen om te overdenken wat ik over die initiatieven zou kunnen schrijven, zo verrassend mogelijk uiteraard. Tijdens het douchen heb ik deze gedachten weggewassen.

Daarna heb ik de term ‘nieuwstedelijk’ gegoogeld. Twee koffies gedronken. Die term weer opgegeven. Een andere invalshoek gekozen. Best verrassend. Maar niet verrassend genoeg, bedenk ik later in de trein. Dan valt me te binnen dat nieuwstedelijk misschien wel een mooier, neutraler klinkend woord is voor sociaal-artistiek. Wit vormt een duo met kunst en zwart linken we aan sociaal-artistiek, pardon nieuwstedelijk? Ook dat is weinig verrassend of nieuw. Terug thuis heb ik mijn jas nog niet uitgedaan of ik zit al achter mijn laptop, klaar voor een repliek. U weet hoe dat gaat met verse woede.

Het is een mooi gebaar een nummer te wijden aan dekolonisering en daar een redactie van kleur voor samen te stellen. Maar wacht eens even. Wat me stoort: als de media ons weten te vinden wanneer ze ons nodig hebben, waarom vonden ze ons dan niet toen wij met onze kunsten naar buiten traden? Toen wij onze mond opendeden over sociaal bewogen thema’s. Toen wij schoorvoetend onze eerste analyses deelden over racisme en kolonialisme. Toen wij aan tafel wilden aanschuiven? De gewone tafel, niet enkel de diversiteitstafel. Het bezorgt me telkens een onrustig gevoel.

Rekto:verso, u probeert me in uw revolutie binnen te rijgen zonder te weten welke mijn revolutie is. Maar ik kan u het volgende vertellen: ik heb zowel het spel meegespeeld alsook geweigerd mee te doen. Beide ervaringen overlopend, voel ik me het beste in de laatste positie. Ik bereik meer, het geeft meer voldoening en ik blijf dichter bij wat ik eigenlijk wil betekenen.

De witte kunstensector hoeft niet alles te weten, niet alles te kennen of in de gaten te houden. Zelfs het dekoloniseren riskeert gekoloniseerd te worden.

Het is een fysieke en mentale marteling om je te schikken naar de behoeftes van de witte artistieke en socioculturele wereld. Bovendien de moeite niet waard. Eerst denk je dat het een kans is, maar als je in zee gaat met mensen die het zogezegd goed met je voorhebben en eigenlijk alleen zichzelf willen promoten, kom je bedrogen uit. Zover wil ik al een hele tijd niet meer gaan.

Jullie pakten het verstandig aan en ik twijfel ook niet aan de goede bedoelingen. Toch nog dit: wanneer je even, for the time being, je groep opent voor de ander, zal die niet vanzelfsprekend in staat zijn het anders te doen. De ander zit namelijk ook opgesloten in de koloniale tragiek.

Het klinkt misschien allemaal wat hard. Maar u begrijpt dat ik beter geen initiatief aanreik, geen wit konijn – what’s in a name – uit mijn hoed tover dat het verdient gezien en gewaardeerd te worden door de witte kunstensector. De witte kunstensector hoeft niet alles te weten, niet alles te kennen of in de gaten te houden. Zelfs het dekoloniseren riskeert gekoloniseerd te worden.

Dus zeg ik u: keep your distance en laat ruimte zonder inmenging. De ander heeft het recht op ‘indifference’, op zelfstandigheid, op gelijkheid, op niet-sociale kunst bijvoorbeeld. Bovenal, de ander is intelligent genoeg om te weten welke revolutie hij en zij moet voeren en wat hij en zij nodig heeft om gelukkig te zijn. Maakt u zich vooral geen zorgen. De andere toekomst van de kunsten zal niet wit zijn.

(1) De cursieve zinnen zijn quotes uit de film Je crois qu’il ya une confusion chez vous. Vous croyez que moi je veux vous imiter #FatimaMernissi, 2017, 23’