Nieuwpoort
Door Roland Gunst, op Thu Mar 03 2022 00:00:00 GMT+0000Hoe dagen we systemen van onderdrukking uit en de monumenten die hen representeren en reproduceren? Transarchitectuur kan een oplossing bieden, gelooft Roland Gunst.
Ik bracht mijn puberteit door in Nieuwpoort, in de schaduw van het Albert I-monument en zijn jaarlijkse herdenkingen. Nooit ben ik fan geweest van deze lieu de mémoire van de Eerste Wereldoorlog. Alhoewel ik de nagedachtenis aan de slachtoffers respecteer, deel ik niet de 20ste-eeuwse expansiedrang van westerse mogendheden en hun exploitatie- en oorlogslogica die het monument in mijn ogen ook symboliseert. De architectuur, haar uitstraling en versteende ideologie voelen nog altijd hard, statisch en doods aan. Architectuur overschaduwt hier de mens. Monumentaliteit moet niet in statige stenen worden gezocht, maar in de mens en zijn unieke capaciteit tot zelf- en maatschappijkritiek.
Hoe dagen we systemen van onderdrukking uit zoals (neo-)imperialisme, (neo-)kolonialisme, kapitalisme en autoritarisme en de monumenten die hen representeren en reproduceren? Transarchitectuur kan een oplossing bieden. Dat is een performatieve kritische praktijk van mensen-, dieren- en milieuactivisten waarbij symbolische ruimtes van onderdrukking worden gekaapt en ingezet als instrument voor maatschappijkritiek.

Transarchitectuur kan een performance, speech, gesprek, betoging, parade, ceremonie of herdenking zijn die een ‘bewegende architectuur’ installeert. Ze vormt stenen architectuur om tot rituele 'werkruimtes', waarin lichaam en geest als 'transkapitaal' het epicentrum worden van kritiek en transformatie. Het performen van transarchitectuur ontsteekt een fase van vruchtbare chaos, waaruit nieuwe medicijnen, perspectieven, identiteiten of realiteiten kunnen ontstaan. Machtsbalansen worden bevraagd, gedestabiliseerd of omvergeworpen.
In de BlackLivesMatter-beweging, de LGBTQ-beweging en bij milieuactivisten herken ik de transnationale, -gender en -culturele strategie van transarchitectuur. Ook de overheid zou, in plaats van stenen monumenten, transarchitectuur kunnen financieren, zodat mensen op regelmatige basis maatschappijkritiek kunnen uitoefenen in functie van mens, dier en milieu. Zo faciliteert ze kritische geesten, die per definitie fluïde zijn. Openbare ruimtes en lieux de mémoires zouden meermaals per jaar kunnen worden opengesteld voor het performen van transarchitectuur.

Deze stills maken deel uit van het vooronderzoek van mijn film Transcapital, die in première gaat op 3 maart op de expo EUROPA, Oxalá in de Calouse Gulbenkian Foundation in Lissabon en vanaf 6 oktober te zien is in het Africamuseum in Tervuren.
Enkel film kan het complexe proces van kritische reflectie in beelden vastleggen. In deze film perform ik transarchitectuur met Kwanga, een Afro-Europees rubber. Ik laat het fungeren als een tweede huid, dat zowel monumenten als mijn menselijke performers bedekt. Het onbeschreven rubberen blad geeft hen de nodige fluïditeit; dankzij beweging in deze 3D-beelden krijgen de lichamen een kritisch potentieel. Maar het rubber kan ook bewerkt worden, zoals de standbeelden tijdens BLM-betogingen wereldwijd werden beschilderd, gebrandmerkt of stukgesneden. Hier legt het rubber tegelijk een beschermende laag, opdat monumenten niet permanent beschadigd worden. Zonder hun aanwezigheid staan geschiedenissen en identiteiten gemakkelijker bloot aan vervalsing.