Waarom ENGAGEMENT ARTS niet (eerder) over S.M.A.K. sprak
Door ENGAGEMENT ARTS, op Thu May 15 2025 14:46:00 GMT+0000Het bleef te lang te stil rond de grensoverschrijdende situatie binnen het Gentse kunstmuseum S.M.A.K., zeggen de auteurs van ENGAGEMENT ARTS. Ze schetsen waarom zelfs zij, als vertegenwoordigers van een organisatie die ijvert voor een veilig kunstenveld, aanvankelijk niet durfden te spreken. Zolang de klokkenluiders geconfronteerd worden met agressie vanuit het instituut, blijft een veilige werkvloer binnen S.M.A.K. buiten bereik.
In maart 2024 stapte een groep (ex-)werknemers van S.M.A.K. naar ENGAGEMENT ARTS met de vraag hen te ondersteunen. Zij hadden het voorafgaande jaar bij verschillende interne en externe instanties klachten ingediend over het leiderschap binnen S.M.A.K., maar vonden weinig of geen gehoor. Daarna gingen ze met hun klachten naar het Vlaams Meldpunt Grensoverschrijdend Gedrag, en zowel deze instantie als het Vlaams Departement Cultuur toonde zich voldoende gealarmeerd om het bestuur van S.M.A.K. aan te schrijven. Ook dat had weinig effect. Om die reden kozen de melders, in overleg met het Vlaams Meldpunt, uiteindelijk voor een open brief. Men hoopte dat die de verantwoordelijken wakker zou schudden zodat ze eindelijk de ernst van het probleem zouden erkennen.
Vanuit ENGAGEMENT ARTS hebben we veel ervaring met het luisteren naar klokkenluiders in onze sector en er is één eigenschap die hen allemaal verbindt: ze gaan nooit over één nacht ijs. Aan hun hulpvraag gaat steeds een lang, intern proces vooraf van problemen aankaarten en oplossingen zoeken. Bij S.M.A.K. was dat niet anders. Het ging om personen uit verschillende geledingen van de organisatie en met heel uiteenlopende verantwoordelijkheden en functies, die elk vanuit hun rol eerst zelf oplossingen zochten en nadien probeerden de problemen intern aan te kaarten.
ENGAGEMENT ARTS heeft veel ervaring met het luisteren naar klokkenluiders in de kunstensector en er is één eigenschap die hen allemaal verbindt: ze gaan nooit over één nacht ijs.
Het is makkelijk om als buitenstaander de psychologische en morele complexiteit van klokkenluiders te negeren of ontkennen, maar geloof het of niet: ook zij zouden hun organisatie liever geen reputatieschade zien lijden. Het is een mythe dat klokkenluiders roekeloos zijn of gedreven worden door persoonlijke vetes of wraak. Meestal hebben ze net een hoge werkethiek en een sterk plichtsbewustzijn. Ze offeren hun eigen welzijn en comfort op voor een groter belang. Nooit stappen zulke werknemers ‘impulsief’ naar de pers, zonder te hebben nagedacht over de gevolgen voor alle partijen. En nadien blijven ze vaak worstelen met ethische vragen. De klok luiden is bovendien beangstigend: als je in een organisatie zover wordt gedreven dat je meent dat dat de enige uitweg is, dan is het duidelijk dat je je in een onveilige situatie bevindt, met een reële kans op represailles.
Problemen, ‘zoals overal’
Ook de klokkenluiders van S.M.A.K. kenden dat risico en hun vrees bleek terecht. In geen van de zaken die we bij ENGAGEMENT ARTS al ondersteunden hebben wij ooit zo’n grootschalige interne en externe lastercampagne meegemaakt. Leidinggevenden binnen S.M.A.K. vonden het bijvoorbeeld geoorloofd om na de open brief e-mails naar het personeel te sturen met de vraag om de directeur te steunen. Ook op sociale media werden beledigingen rondgestrooid, vaak met een kleinerende, soms zelfs agressieve ondertoon. Wij begrijpen zeer goed dat wanneer je onprettige dingen over een naaste collega of vriend leest, het moeilijk is je niet te laten leiden door de sympathie, waardering of dankbaarheid die je voor deze persoon voelt. Wel schrikken wij ervan dat zelfs verstandige mensen zich niet kunnen inbeelden dat hun eigen positieve ervaringen niet noodzakelijkerwijze samenvallen met iemands functioneren als directeur.
Het ultieme bewijs dat de angst van de klokkenluiders gegrond was kwam er toen de directeur van S.M.A.K. enkele dagen na het publiceren van de open brief bij de onderzoeksrechter een klacht indiende tegen ‘onbekenden’, waarmee hij de facto zijn eigen (ex-)medewerkers aankloeg. ENGAGEMENT ARTS en het Vlaams Meldpunt stonden namelijk garant dat deze ‘onbekenden’ effectief (ex-)medewerkers van S.M.A.K. waren. Wij hadden het schrijven van de open brief van dichtbij gevolgd en konden getuigen dat de melders en klokkenluiders integer te werk waren gegaan. Zij waren ervoor beducht geweest om op de man te spelen of taal te gebruiken die dat zou suggereren. Veel problematische ervaringen haalden daardoor niet eens de uiteindelijke brief, omdat ze te ‘individueel’ waren of het gevolg van een eenmalig conflict, en daardoor onvoldoende een symptoom van een structureel probleem.
Ook met het Vlaams Meldpunt was er een voortdurende aftoetsing geweest. Daar had men inzage in de individuele klachten en in de documenten die de ervaringen staafden, zodat men zeker kon zijn dat er geen woord ongegrond was. Wie de brief herleest, ziet dat bevestigd: het is geen aanval op een persoon maar een aanklacht over diens functioneren als directeur van S.M.A.K. Met andere woorden: over zijn publieke rol in een publieke instelling, gefinancierd met publieke middelen en met een publiek controleorgaan. In de brief werd bovendien niet alleen het leiderschap van het museum ter discussie gesteld, maar ook de afwezigheid van transparante evaluatieprocessen en checks and balances. De brief formuleerde met andere woorden een klacht over het bestuur van S.M.A.K. tout court, of beter gezegd, over de afwezigheid van goed bestuur, integriteit en professionaliteit.
De reacties op de open brief focusten meer op ‘de schande’ van de publieke aard van de klachten dan op de motivatie voor het openbaar maken van deze klachten.
Bij ENGAGEMENT ARTS werden we de daaropvolgende maanden steeds bezorgder over de reacties op de open brief. De tekenen die we vanuit Gent kregen, waren weinig geruststellend. Naar buiten toe speelde het bestuur een spel van ‘verplaatsing’; er werd meer gefocust op ‘de schande’ van de publieke aard van de klachten dan op de motivatie voor het openbaar maken van deze klachten. (Overigens: noch schepen Astrid De Bruycker (Vooruit), noch het museumbestuur heeft tot op vandaag erkend dat er wel degelijk iets fout zit met de interne klachtenprocedures, zowel op het vlak van inschatting van de ernst van klachten als wat betreft de adequaatheid van de reactie.) Al even weinig werd gecommuniceerd over de aard van de klachten: hooguit waren er in S.M.A.K. ‘zoals overal’ problemen. En intussen werd het rapport over veiligheid en welzijn op het werk van externe preventiedienst Mensura (juni 2024) door het bestuur meer benaderd als een bedreiging voor de reputatie dan een uitnodiging om de ernst van de zaak te erkennen. Een op zijn minst problematische houding van het bestuur – bovenop het feit dat het indienen van een klacht tegen medewerkers (‘onbekenden’) ons niet verenigbaar lijkt met de functie van directeur.
Intimidatie
Wat volgens ons in de hele zaak te weinig aandacht kreeg, is precies deze 'aanklacht tegen onbekenden’. Wij erkennen dat ieder individu dat zich benadeeld voelt het recht heeft om klacht neer te leggen bij de onderzoeksrechter (al blijft de toegang tot zo’n klacht uiteraard gereserveerd aan zij die de middelen hebben om hiervoor te betalen). Maar in Gent werden vooral de klokkenluiders en personeelsleden geslachtofferd. Zij moesten buiten hun comfortzone stappen om gewoon hun werk te doen, en toen ze dit aankloegen werden ze ‘beloond’ met het risico op een strafrechtelijke klacht. Over de schade die zij hebben geleden en over hun toekomst en welzijn werd met geen woord gesproken.
Het museumbestuur blijft middelen en vertrouwen investeren in een directeur die het perfect integer vindt om een klacht tegen klokkenluiders in te dienen zonder een stap terug te zetten.
In plaats daarvan blijft het museumbestuur middelen en vertrouwen investeren in een directeur die het perfect integer vindt om een klacht tegen deze klokkenluiders in te dienen zonder een stap terug te zetten. Het blijft geloven in een transitieproces naar goed leiderschap en een veilige werkvloer mét een directeur die de eigen (ex-)werknemers aanklaagt omdat zij net de problemen op diezelfde werkvloer aankaarten. Een veilige werkvloer is een plek waar mensen kritiek durven te uiten en waar ze in geval van nood, wanneer de interne klachtenprocedures niet adequaat of tijdig werken, ook zonder angst voor represailles de klok kunnen luiden. Een werkvloer waar deze veiligheid niet kan worden gegarandeerd is geen veilige werkvloer. Sommige medewerkers (die zelf geen klokkenluiders waren) hebben na de klacht S.M.A.K. om die reden verlaten. Ook de werking en veiligheid van ENGAGEMENT ARTS werden gehypothekeerd door de strafrechtelijke klacht. Omdat we de klokkenluiders ondersteunden bevonden ook wij ons als verdachten, met advocaat, in een verhoorkamer bij de politie. De klacht was een intimidatiemiddel om (ex-)werknemers en ENGAGEMENT ARTS het zwijgen op te leggen. Dit is een ernstig precedent binnen onze sector en wij zijn verbaasd dat hier geen haan naar kraait. Gedurende maanden en maanden heeft niemand, ook wij niet, durven spreken.
Recht op anonimiteit
Ook nu de klacht is ingetrokken (al kregen wij daarvan nog geen bevestiging van het parket) blijven we met veel vragen achter. Wie zal na dit precedent ooit nog het risico willen lopen om zelfs maar anoniem over problemen te spreken? Als wij vanuit ENGAGEMENT ARTS al zo hard twijfelen over wat wij kunnen en mogen schrijven, dan is het antwoord op die vraag duidelijk. Wat weinig mensen weten, is dat klokkenluiders bescherming genieten en zelfs recht hebben op anonimiteit, zeker als ze represailles vrezen. Wat velen evenmin weten, is dat wanneer melders hun interne klachten niet adequaat geadresseerd zien, ze het recht hebben om hun bekommernissen publiekelijk te maken. Een degelijke bescherming van klokkenluiders is de hoeksteen van integriteit binnen organisaties en overheden. Dat de klacht nu zou ingetrokken zijn, is eigenlijk weinig relevant. Wat problematisch blijft, is dat wanneer de directeur een klacht indiende tegen 'onbekende' (ex-)werknemers, het bestuur en Stad Gent niet eisten dat hij als directeur een stap terug zou zetten. Ook al heeft iedereen het recht een klacht in te dienen, zo een demarche is niet compatibel met het directeurschap, al zeker niet in een organisatie waar er net problemen zijn met het uitoefenen van deze rol.
Wie zal na dit precedent ooit nog het risico willen lopen om zelfs maar anoniem over problemen te spreken?
Wij zullen altijd klokkenluiders blijven ondersteunen, ook wanneer zij geen andere weg meer zien dan hun klachten openbaar maken. Het veld heeft hen broodnodig in de transitie naar een betere en veiliger cultuur. De S.M.A.K.-klokkenluiders hebben een grote prijs betaald, enkel en alleen omdat ze hun job deskundig en volgens de ethische codes wilden uitvoeren. Op middelen voor hun herstel hoeven ze niet te hopen. Minstens verdienen ze de excuses van het bestuur én de erkenning dat hun klachten terecht waren, zoals bevestigd door het Mensura-rapport uit 2024. Wij erkennen van onze kant dat leiding geven moeilijk is en goed leiderschap een leerproces. De directeur van S.M.A.K. heeft de voorbije twintig jaar echter heel wat kansen gekregen om zich daarin te bekwamen. De cruciale vraag is dus: hoeveel middelen en tijd kan het bestuur redelijkerwijs en in volle integriteit nog in deze directeur investeren? En hoeveel collaterale schade is het museum bereid daarvoor te accepteren? Deze zaak heeft nog maar eens aangetoond dat wie het probleem aankaart, het probleem wordt en dat de middelen prioritair gaan naar de veroorzaker van het probleem en niet naar wie het probleem aankaart. ENGAGEMENT ARTS vindt dat dit soort reacties, samen met directeursmandaten zonder beperking in de tijd, tot het verleden moeten behoren.
ENGAGEMENT ARTS ijvert voor een veilig kunstenveld. Onze werking werd ondersteund door de ministers Sven Gatz en Jan Jambon, in de context van hun actieplannen tegen grensoverschrijdend gedrag. Nu worden we gefinancierd door minister Caroline Gennez, die de strijd tegen grensoverschrijdend gedrag en voor een veilig kunstenveld als een prioriteit ziet. ENGAGEMENT ARTS werkt met een netwerk aan vrijwilligers, die de voelsprieten binnen het kunstenveld zijn. We zijn een groep van ervaringsdeskundigen, collega’s en vertrouwenspersonen die slachtoffers, melders en klokkenluiders een luisterend oor bieden en ondersteunen. We werken in het veld en zijn laagdrempelig; we delen onze expertise en ervaringen en verwijzen door naar de juiste instanties voor opvolging.