Weg naar een bevrijding van het dikke Zwarte lichaam

Door Merryl Njimegni, op Tue May 31 2022 22:00:00 GMT+0000

Onze angst om aan te komen zit diep, zelfs onze taal is ervan doordrongen. De woorden waarmee we onze lichamen beschrijven en dus ook waarnemen, zijn geworteld in seksistische en racistische structuren van onderdrukking en onderwerping. Merryl Njimegni ontleedt ze en verkent wat de bevrijding van het dikke lichaam betekent voor dikke Zwarte mensen.

Vrees voor het eigen lichaam is zwaar en schadelijk. De vrees om bij te komen is genormaliseerd, beschouwen we als gegrond en rationeel. Velen onder ons hebben schrik om bij te komen, om zwaar te lijken, maar kijken niet – of durven niet te kijken – naar de wortels van deze angst. Vetfobie (fat phobia) of specifieker, anti-vetheid (anti-fatness), beïnvloedt onze wereld op verscheidene manieren; van de medische sector, de kledingindustrie, tot de stem in ons hoofd en het eten op ons bord.

Velen onder ons hebben schrik om bij te komen, om zwaar te lijken, maar kijken niet – of durven niet te kijken – naar de wortels van deze angst.

Er was lange tijd nauwelijks aandacht voor of kritiek op het dominante discours rond dik zijn, laat staan de manieren om het te veranderen. Fat-liberation-activisten hebben wél oog voor de problematieken van dat discours en proberen het te ondermijnen. Ze bieden een intersectionele analyse van anti-vetheid, waarmee ze onder andere aantonen dat anti-vetheid gepaard gaat met anti-Zwartheid, en diepe, historische, koloniale wortels heeft. Dat blijkt onder andere uit het werk van Da’Shaun L. Harrison – een Zwarte, dikke, queer, en trans theoreticus en abolitionist – in hun boek Belly Of The Beast (2021), alsook uit het onderzoek van sociologe Dr. Sabrina Strings waarover ze schreef in Fearing The Black Body: The Racial Origins of Fat Phobia (2019). Beiden komen tot de conclusie dat het dunne ideaal gepaard gaat met witte suprematie, validisme, en cissexisme, wat de sociale constructie van witheid centraliseert en in stand houdt.

Hoe is dik zijn veranderd van een schoonheidsideaal naar een sociaal stigma? Hieronder zal ik vanuit mijn positionaliteit de mechanismen die ‘dikke bevrijding’ (fat liberation) mogelijk maken of juist verhinderen verkennen.

Dik zijn, kolonialisme & taal

‘Dik’ en ‘Zwart’ zijn concepten die nauw verbonden zijn met een geschiedenis van kolonisatie. Zo worden Zwarte, dikke personen geassocieerd met luiheid en lust. Die Zwarte stereotypen waren van tel in een wetenschappelijk biomedisch discours geworteld in eeuwen van kolonisatie en de trans-Atlantische slavernij. De groei van de slavernij leidde immers tot nieuwe juridische categorieën op basis van 'ras', die 18de-eeuwse verlichtingsdenkers gebruikten om de slavernij te legitimeren, door Afrikaanse tot slaaf gemaakte mensen te herleiden tot hun (zogenaamde bijna dierlijke) lusten. ‘Ze houden van seks en ze houden van voeding’, dat is, aldus Sabrina Strings, wat wetenschappers opvoerden als verklaring voor het dikke Zwarte lijf. Europeanen daarentegen zouden rationeel en menselijk genoeg zijn om te beschikken over zelfcontrole, wat hen de autoriteit geeft om te leiden. Al sinds het begin van de verlichting beschouwden denkers en auteurs, van Shakespeare tot Descartes, dunheid als teken van rationaliteit en morele ‘juistheid’. Alles wat daarvan afweek, vormde een obstakel voor het ‘hoger denken’.

De publieke vermarkting van Baartman resoneert met de huidige commercialisatie van Zwarte vrouwen in de popcultuur.

Teksten van laat 17de-eeuwse wetenschappers zoals George Cuvier en J.J. Virey onderbouwen en versterken dat narratief door een rechtstreekse verbinding te leggen tussen enerzijds de zogezegde gulzigheid, dwaasheid en het driftige temperament en anderzijds het klimaat waarin de Afrikaanse tot slaafgemaakte mensen leefden. Dat bevorderde het proces van raciale Othering. Ook onze verhouding tot voeding ontsnapte niet aan die redenering, waarin striktheid en onthouding tekenen van discipline en dus rationaliteit zijn. Hoe we over die eigenschappen spreken en schrijven is niet onschuldig, maar juist de reflectie van een ideologie die het koloniale beeld van dikke, Zwarte lichamen verder uitbouwt en versterkt. De zogenaamd logische argumentatie dat dun zijn en wit zijn samengaan, rechtvaardigt uitbuiting. Als je begrijpt dat vetfobie en anti-vetheid in relatie staan tot de slavernij, dan besef je dat de huidige obsessie met dunheid wortels heeft in anti-Zwartheid.

De waarde van woorden

Woorden zijn waardegeladen en elke woordkeuze heeft gevolgen. Hoewel woorden zoals ‘overgewicht’ en ‘zwaarlijvig’ equivalenten zijn, hebben ze een eigen connotatie. Zwaarlijvig zijn heeft een meer positieve ondertoon dan overgewicht hebben en komt vriendelijker over. Het woord ‘overgewicht’ op zich is ook een interessant voorbeeld van hoe we een maatschappelijk geaccepteerde ‘gewichtsnorm’ aannemen, zonder dat uitvoerig te bespreken. Want boven welk gewicht heeft men juist overgewicht? En wie heeft dat bepaald?

Het woord ‘overgewicht’ is een voorbeeld van hoe we een maatschappelijk geaccepteerde ‘gewichtsnorm’ aannemen, zonder dat uitvoerig te bespreken.

Daarom is het terugeisen van woorden zo belangrijk voor verschillenden sociale bewegingen zoals de LGBTQIA+ beweging. Termen die een reflectie zijn van een lange geschiedenis van verwerping en vernedering van gemarginaliseerde mensen, worden teruggeëist in het teken van verzet, zelfacceptatie en eendracht. In fat activism en fat liberation zien we dat met het woord fat – of dik – zelf. Ondanks de negatieve connotatie van het woord, gebruiken en erkennen dikke activisten het als een neutrale en beschrijvende term. Ze doen dat om het bestaan van dikke lichamen te erkennen, hen evenwaardig te behandelen en de inherente negatieve stereotyperingen de mond te snoeren. Het woord dik vermijden zou niet enkel een onderhuidse afkeer van dik zijn impliceren, of moeite met zelfacceptatie, maar gaat ervan uit dat dik zijn inherent problematisch is, dat dikke lichamen – en dus dikke levens – nog in ‘op- of afbouw’ zijn.

Sarah Baartman & Lizzo

We zien de link tussen racisme en vetfobie duidelijk wanneer we kijken naar hoe witte mensen in het koloniale Engeland Sarah Baartmans lichaam gebruikten voor hun vermaak en financieel gewin. Baartman, ook gekend als de Hottentot Venus was een Zuid-Afrikaanse Khoikhoi vrouw die een bijzonder tragisch leven heeft geleid. Europese wetenschappers schreven haar lichaam, gekenmerkt door een ophoping van vet bij de billen en dijen, een soort aandoening toe, een casus van steatopygie. De afbeeldingen van Baartman droegen bij aan de wetenschappelijke verantwoording van de hyperseksualisering van Zwarte vrouwen en het idee dat Zwarte mensen biologisch fundamenteel anders waren dan de Europeanen die hen observeerden.

Lizzo spreekt zich uit voor de empowerment van dikke vrouwen, maar stelt zich eveneens kritisch op tegenover de body positivity-beweging.

Eenmaal in Londen, werd Sarah het culturele toonbeeld van de Afrikaanse, Zwarte vrouw: voluptueus, exotisch en abnormaal. Op 16-jarige leeftijd maakte ze voor het eerst deel uit van een tentoonstelling in de Egyptian Hall in Piccadilly te Londen, waarna ze nog tien jaar lang gegijzeld zou worden voor de tentoonstellingen die aan de enorm populaire human zoos voorafgingen. Sarah zong en danste doorheen Europa. Wetenschappers beelden haar af als een gek en vernederden haar omwille van haar fysieke kenmerken, die ze afschilderden als obsceen en ‘overdreven’. Onderdelen van haar lichaam waren na haar overlijden op 26-jarige leeftijd te bezichtigen in verschillende Franse musea. In 1976 werden de lichaamsdelen na protest weggehaald. Baartmans lichamelijke resten kwamen pas in 2002, na een lange procedure, terug naar Zuid-Afrika, waar ze meer dan 200 jaar na haar geboorte een waardige gedenkplaats kreeg.

Het verhaal van Sarah Baartman is verbonden aan de perceptie, afbeelding en beschrijving van dikke, Zwarte vrouwen vandaag. De publieke vermarkting van Baartman resoneert met de huidige commercialisatie van Zwarte vrouwen in o.a. de popcultuur. Daar heeft Lizzo, een jonge en populaire R&B zangeres, die zich niet schaamt voor haar dikke lichaam, zich al vaker over uitgesproken. Hoewel Zwarte, dikke vrouwen van moed getuigen wanneer ze zich vrij uitspreken over het goed voelen in eigen lichaam, bestaat er tegelijkertijd ook verbazing. Dikke individuen die aangeven zich goed te voelen in hun lichaam, en specifieker nog, dikke Zwarte vrouwen, zien we al snel als activist. Niet elke Zwarte, dikke persoon is echter een fat activist of expert, een veronderstelling die hen verantwoordelijk maakt voor het ontmijnen of tenminste de bewustwording van vetfobie onder dunne mensen. Die visie ontlast evenwel dunne mensen van enige verantwoording en bevordert zo de centralisering van dunne suprematie (thin supremacy).

Positiviteit vs. neutraliteit

Lizzo spreekt zich daarom uit voor de empowerment van dikke vrouwen, maar stelt zich eveneens kritisch op tegenover de body positivity-beweging. Body positivity is het product van de fat acceptance movement van de jaren 1960. Deze beweging, opgericht door o.a. dikke, Zwarte, queer vrouwen en femmes, creëert een ruimte waarin slachtoffers van maatschappelijke schoonheidsidealen centraal staan, en waar ook dikke, Zwarte stemmen luid weerklinken.

Net zoals feminisme, heeft body positivity te kampen met de tentakels van het kapitalisme, dat lichamen omzet in kapitaal.

Body positivity is de mantra voor individuen die hun lichaam in al zijn schoonheden willen omarmen, dieetculturen ontleren, zich kortom goed willen voelen in hun eigen lichaam. Figuren zoals Ashley Graham hebben de voorbije jaren een belangrijke rol opgenomen in deze beweging, via sociale media, samenwerkingen met kledingmerken en zelfs door een inclusieve, gepersonaliseerde Ashley-Graham-barbiepop. Verder zien we body positive hashtags zoals all bodies are good bodies, beauty comes in every shape, love your curves, plus is equal etc., een plaats opeisen op sociale media. Beglitterde striemen tonen dat elk lichaam perfect is, ongeacht de kledingmaat. Body positivity laat een positieve kijk op het lichaam primeren en focust op gevoelens van self-empowerment als de sleutel voor lichamelijke bevrijding.

Net zoals feminisme, heeft body positivity te kampen met de tentakels van het kapitalisme, dat lichamen omzet in kapitaal. Op die manier vervaagt het oorspronkelijke doel van de body positivity-beweging, een veilige plek voor gemarginaliseerde lichamen. Maar ook validisme, whitewashing en colorism vinden hun weg in deze beweging. Verhalen van witte, dikke, able-bodied, cis-heteroseksuele vrouwen vormen de zichtbare top van de ijsberg. De beweging die initieel lichamelijke inclusie promootte, plooide zich gaandeweg naar de witte, westerse idealen. Dikke vrouwen met een zandloperfiguur, strak afgelijnd gezicht en een lichtere huidskleur krijgen de voorkeur als boegbeelden van de body positivity-beweging. Maar wat dan met de gemarginaliseerde meerderheid, die niet aan deze normen voldoet?

Striemen met glitters en dikke barbiepoppen zullen ons niet bevrijden. Is het dan nog de moeite om de scherven van de huidige body positivity-beweging op te rapen?

Body positivity was een middel om de kwetsuren van dikke, gemarginaliseerde mensen te helen, een ruimte waar men zichzelf kon zijn, ver van alle vormen van onderdrukking. De mensen die dat pad als eerste bewandelden – onder hen veel Zwarte vrouwen – worden door de huidige kapitalistische en neoliberale toe-eigening van de beweging uitgesloten en vergeten. Zo kan body positivity niet worden losgekoppeld van de bredere fat acceptance movement, die staat voor zelfacceptatie en radicale zelfliefde, maar tegelijkertijd is uitgegroeid tot een zelfdestructieve en contradictoire beweging, ontgroeid van haar radicale wortels en opgeslorpt door de mode- en beautyindustrie. Dat geeft personen in instituten en met een grote impact op het leven van dikke mensen – zoals onderwijs, tewerkstelling, huisvesting, sociale voorzieningen etc. – de kans om de structurele uitsluiting te negeren en zich te focussen op een aantal oppervlakkige ingrepen die een illusie van inclusie wekken. Twee stappen vooruit en drie stappen achteruit, want striemen met glitters en dikke barbiepoppen zullen dikke, gemarginaliseerde mensen niet bevrijden. Is het dan nog de moeite om de scherven van de huidige body positivity-beweging op te rapen? En komt body neutrality ons uit de nood helpen?

Het idee van body neutrality vertrekt, net zoals body positivity, vanuit de aanvaarding van het lichaam in al haar schoonheden, alleen verschilt de aanpak. Body positivity focust doorgaans op een positief gevoel tegenover het eigen lichaam, waardoor momenten waarin die positiviteit ontbreekt, een probleem blijken. Body neutrality erkent daarentegen dat continue positiviteit niet haalbaar is en bovendien ook niet nodig. Het geeft zo meer ruimte aan het proces van aanvaarding en het terugwinnen van autonomie over het eigen lichaam. Fouten maken is daarbij een onderdeel van groei en ontwikkeling. Het lichaam is immers een thuis en wordt in die hoedanigheid gewaardeerd. Niet iedereen kan zich vinden in body neutrality, maar het concept kan wel dienen als een eerste stap in een nieuwe kijk naar het lichaam.

Gemeenschap

Het terugeisen van de relatie met het eigen lichaam is een persoonlijk, politiek, spiritueel en radicaal proces, een poging de verschillende identiteiten die men belichaamt met liefde te benaderen en te verenigen. Het is een niet-lineair proces dat zich voortdurend herdefinieert en waarin je eigen welzijn en dat van anderen centraal staat. Gemakkelijk is het niet, en zeker niet als je het alleen aangaat. Vormen van onderdrukking zoals anti-vetheid, racisme en seksisme, hebben niet enkel als doel ons te misleiden en af te leiden, waar Toni Morrison ons al eerder op wees, maar creëren ook de illusie dat onze levens en problemen individueel zijn.

Als dikke en Zwarte vrouw heb ik vaak het gevoel gehad er alleen voor te staan. Ik had heel wat vragen over mijn lichaamsbouw, ik voelde verdriet door de dagelijkse boodschap dat mijn lichaam een probleem was dat ik moest oplossen. Daarbij hoorde ook een stiekem verlangen naar een zandloperfiguur, in de hoop zo aanvaard te worden. Ik begreep echter niet waarom ik het label ‘ongezond’ kreeg, en het advies een diëtiste te raadplegen. Dat terwijl ik vier actieve hobby's combineerde en elke dag kilometers fietste.

Vanaf het moment dat je je verhaal publiek maakt, realiseer je je hoeveel mensen hetzelfde meemaken, hoeveel mensen dezelfde strijd delen, maar ook dezelfde schoonheid.

Vanaf het moment dat je je verhaal publiek maakt, realiseer je je hoeveel mensen hetzelfde meemaken, hoeveel mensen dezelfde strijd delen, maar ook dezelfde schoonheid. Gemeenschap is hier een sleutelwoord. Gemeenschap is namelijk in eender welke strijd tegen onderdrukking van onschatbare waarde, niet alleen om informatie uit te wisselen, maar ook om mentaal in evenwicht te blijven. Alleen zo kan die strijd, die soms overdonderend en groot lijkt, wat kleiner en helder worden. Alle mensen hebben het recht op deze radicale liefde voor hun lichaam, op de weg naar aanvaarding, omarming en bevrijding van het dikke zijn.

The moment we choose to love we begin to move against domination, against oppression. The moment we choose to love we begin to move towards freedom, to act in ways that liberate ourselves and others. That action is the testimony of love as the practice of freedom. (bell hooks, Love As the Practice of Freedom, 1994)