Zonderzeeër: To see or not see

Door Rojda Karakuş, op Wed Aug 09 2023 22:00:00 GMT+0000

De aangrijpende performance Zonderzeeër van Sander Deckx, onderdeel van de Jong Werk-programmatie van Theater Aan Zee, neemt het publiek mee op een intieme reis door persoonlijke ervaringen. De voorstelling laat ons nadenken over onze perceptie in relatie met niet-normatieve lichamen. Zo brengt Deckx een diepgaand reflectieproces teweeg.

In Fuifzaal Elysée zitten de toeschouwers tussen grote betonnen blokken, terwijl een felle spotlight een deel van de ruimte verlicht. Vliegensvlug verschijnt Sander Deckx in zijn rolstoel vanuit de rechteringang achter de betonnen zuilen. Hij begint op zijn smartphone te scrollen en legt zonder te kijken uit dat dit ook bij de voorstelling hoort. Als hij klaar is, verkondigt hij vol trots: ‘Ik ben de eerste student met een beperking ooit die afstudeerde aan het Conservatorium in Antwerpen. Ik ben een mijlpaal.’ Deckx is hier naar eigen zeggen om de hele culturele sector inclusiever te maken. Maar dan volgt een krachtige vraag: ‘Hoe kunnen we zeggen dat de sector inclusief is als ik hier alleen in ben?’ Deze vraag hangt in de lucht tussen de koude betonnen zuilen en dringt diep door. Er is geen groot decor of complexe verlichting, maar de wisseling van trots naar frustratie is genoeg om het publiek diep te raken. Dit is precies waar de festival-manifest ‘Raak Me’ betekenis krijgt.

Na deze aangrijpende scène legt Deckx uit hoe de rest van de performance zal verlopen. Hij kiest een album op Spotify op zijn smartphone als achtergrondmuziek, en de voorstelling zal net zo lang duren als dat album. Zijn keuze valt op Yellow Submarine van The Beatles uit 1969, dat precies 39 minuten duurt. Op dat moment wordt duidelijk waar de naam van de voorstelling vandaan komt. Hij verontschuldigt zich ondertussen bij degenen die niet van The Beatles houden, en tot het einde van zijn performance met een reeks van zulke sarcastische interacties weet hij zelfs lachen op te wekken. Zijn scherpzinnige humor en improvisatietalent houden de toeschouwers intens betrokken bij zijn verhaal.

Nadat hij het album heeft opgezet, staat Deckx in de spotlights en zegt: ‘Kijk maar. Doe maar. Ik zweer je, het is helemaal oké.’ Hij blijft daar, wachtend, totdat hij er zeker van is dat alle ogen op hem gericht zijn. Daar komt het academische artikel ‘Bodies That Matter’ van filosoof Judith Butler om de hoek kijken. In die tekst biedt Butler inzicht in haar concept van performativiteit waarbij sociale identiteiten ontstaan door het naleven van normen binnen discursieve sferen. De tekst toont dat lichamen die voldoen aan bepaalde normatieve lijnen en ‘productive constraints of regulatory schemas’ erkennen, maatschappelijk geaccepteerd worden. Andere lichamen daarentegen nemen plaats onder, achter of aan de andere kant van de samenleving, een plaats die niet wordt gezien of onzichtbaar wordt gemaakt. Daarom is Zonderzeeër onze ‘enige kans’, zoals Deckx stelt, om hen te zien.

In een andere scène verdiept hij dat inzicht verder. ‘Als je naar me kijkt, zie je dan mijn vuile vingers?’ ‘Of mijn krullende haar?’ Als je deze niet ziet, ben je een ‘blinde ziel’, stelde de 13de-eeuwse filosoof Rumi. Hij zei: ‘Iedereen kijkt naar waar jij naar kijkt; maar kan iedereen zien wat jij ziet? Het enige verschil tussen kijken en zien ben jij.’ Aan de andere kant worden wij als individuen gevormd volgens de discoursen en normen die Judith Butler noemt, en kijken of zien we dienovereenkomstig. Voor onze normatieve ogen trekt Deckx later ook zijn t-shirt uit. Dan zegt hij nog een keer: ‘Kijk maar. Doe maar. Dat is helemaal oké.’

Naast deze performatieve contacten met de toeschouwers die aan het denken zetten, laat Sander Deckx je ook reizen langs intrigerende fragmenten uit zijn leven. Hij verweeft zijn persoonlijke ervaringen met het verschil tussen kijken en zien. Het publiek luistert zeker geschokt naar deze ervaringen, maar Deckx onderbreekt deze sfeer meestal op een speelse manier. Hij laat hen ‘All you need is love’ meezingen. Met zijn interactieve, sarcastische en slimme aanpak confronteert hij het publiek met de manieren waarop de samenleving hem onzichtbaar maakt. Hij vertelt een anekdote: ‘Ik zie een man in het station en de man kijkt naar mij. Ik kijk terug. Twee keer.’ De man benadert Deckx en geeft hem vijftig cent, wat die weigert. Heeft die man hem echt gezien?